Werkzaamheden sociaal medisch verpleegkundige
Er is binnen UWV een tekort aan verzekeringsartsen, om die reden is de functie sociaal medisch verpleegkundige ontwikkeld. Als sociaal medisch verpleegkundige word je aan één verzekeringsarts gekoppeld en neem je werkzaamheden uit handen van de verzekeringsarts, binnen UWV noemen ze dit taakdelegatie.
De functie sociaal medisch verpleegkundige is nog relatief nieuw en daarom is het nog niet altijd helder wat het takenpakket inhoudt en hoe een werkweek eruitziet. Mandy legt uit: “Als sociaal medisch verpleegkundige werk ik in het team Ziektewet. Ik werk 32 uur per week in vier dagen, daarvan zijn op drie dagen spreekuren ingepland en op dag vier werk ik mijn administratie af. Ik draai ongeveer vier spreekuren per dag. Een spreekuur duurt ongeveer een uur en zijn sinds corona telefonisch.
Je spreekt cliënten die zich ziek, of zoals we het binnen het UWV noemen ‘arbeidsongeschikt’ hebben gemeld. Jij toetst of de cliënt mogelijk in aanmerking komt voor de Ziektewet. Tijdens dit gesprek vraag je het volgende uit: wat de situatie is, wat de reden is voor ziekmelding, of een behandeling mogelijk is en of er beperkingen zijn. Er wordt hierbij als uitgangspunt het werk genomen dat de werknemer als laatst heeft gedaan. Om een totaalbeeld te krijgen, is het noodzakelijk om goed medisch door te vragen. Zodra alle informatie binnen is, schrijven we een dossier en vullen we deze eventueel aan met informatie vanuit de huisarts of een specialist waar de klant onder behandeling is, om zo compleet mogelijk te zijn en een beoordeling te kunnen doen.
Als verpleegkundige voer je taken uit onder de verantwoordelijkheid van de verzekeringsarts. Na dossiervorming overleg je met de verzekeringsarts zodat hij/zij kan beoordelen of iemand wel of geen ziektewet uitkering krijgt. Als sociaal medisch verpleegkundige werk je zelfstandig: je hebt je eigen spreekuren en cliënten. En je maakt zelf beslissingen, uiteraard in overleg met de verzekeringsarts. Verder werk je nauw samen met re-integratiebegeleiders, arbeidsdeskundigen en collega-verpleegkundigen.”